Werknemer met auto van de zaak?

GEEF HEM/HAAR EXTRA VAKANTIEGELD!

De vakantieperiode breekt aan en dus vertrekken veel Nederlanders met de auto van de zaak naar het buitenland. Heb je personeel met een auto van de zaak en heb je afgesproken dat ze de autokosten van deze reis zelf betalen, let dan op het volgende.

VOOR WERNEMERS:

Werknemers die voor vakantie naar het buitenland met de auto van de zaak op pad gaan, kunnen de kosten voor brandstof en tol e.d. die zij privé betaald hebben, in mindering brengen op de bijtelling voor het privégebruik van de auto. Dit levert voor de werknemer al gauw een fiscaal voordeel op van zo’n 40 %! Voor jou als werkgever zit er ook nog een voordeeltje aan; het heffingsloon wordt lager en daarmee dus ook de door jou te betalen sociale verzekeringspremies over die autokosten.

Hoe werkt het?
Vooraf moet je schriftelijk met de werknemer zijn overeengekomen dat de autokosten die in het buitenland gemaakt worden, als kosten voor het privégebruik van de auto worden aangemerkt. Na afloop van de reis overlegt de medewerker de betaalbewijzen van de door hem/haar gemaakte kosten. Als werkgever vergoed je deze kosten dan onbelast via de salarisstrook. Vervolgens worden de kosten bij de werknemer ingehouden als eigen bijdrage voor privégebruik, waardoor de fiscale bijtelling voor de auto lager wordt en de werknemer minder loonbelasting hoeft af te dragen. De werknemer krijgt zo’n 40% van deze kosten terug van de belastingdienst en voor jou levert het ook nog een klein voordeel op!

VOOR ONDERNEMERS/DGA’S:

Alle in het buitenland gemaakte autokosten (benzine, tol, maar ook reparatiekosten) zijn zakelijke kosten en dus aftrekbaar. Voor het privégebruik van de auto betaal je immers al belasting via de bijtelling. Let er dus op dat je alle gemaakte autokosten zakelijk opneemt en de bewijzen zoals bonnetjes en facturen in je administratie bewaart.